Napoleon bezoekt Holland in1811
DEN HELDER (1)
De inlijving bij Frankrijk (1810-1814)
 Keizer Napoleon vaardigde bij decreet van Rambouillet van 9 juli 1810 uit dat Nederland werd geannexeerd bij Frankrijk.
 Dit had tot gevolg dat de bestaande Dienst der Fortificatiewerken per 21 september 1810 overging in het Corps Imperiale du Génie, dat de ontwerpen van forten voor zijn rekening nam. Eind 1810 werden de drie kustbatterijen l'Union (de Unie), Consitutie (Hersteller) en Revolutie (Kaaphoofd) van achteren gesloten door palissaderingen en gedeeltelijk door borstweringen. Ook de in dat jaar nieuw aangelegde kustbatterij op Kijkduin werd door palissaderingen omringd.
 Nadat Napoleon in juli 1810 zijn plannen had bekendgemaakt, gaf hij op 6 april 1811 zijn goedkeuring aan de uitgewerkte plannen voor de bouw van fort Lasalle (Erfprins) In 1811-1813 werd Lasalle aangelegd als een groot onregelmatige aarden vijfhoekig gebastioneerd fort, met twee grote en één kleiner ravelijn aan de zeezijde.
 Ten zuiden van het Fort Morlandlag op de buitenste duinrand "Batterie de Côte Provisoire", ook wel "Batterie Morland genoemd. Deze kustbatterij was aangelegd ter bescherming van het in aanbouw zijnde fort Morland (Kijkduin) dat eveneens werd aangelegd in de periode 1811-1813. De bouwkosten van fort Morland waren begroot op Frs. 170.000 voor het aardewerk en Frs. 60.000 voor het metselwerk.
 Ter hoogte van de Kleine Keeten werd Fort Du Falga 380 meter brede gebastioneerde fort was ontworpen voor een bewapening van 22 kanons van 36 pond en 16 mortieren. Voltooid werden slechts een aarden fortificatie-zeefront en een houten kazerne.
 Om het landfront beter te kunnen verdedigen werd door de Fransen tussen 1812-1813 het Fort l’ Ecluse (Dirks Admiraal) opgeworpen. Het plan voorzag in een gebastioneerd fort met drie bastions en een groot bomvrij wachthuis. De buitenwerken en het aarden reduit werden pas in 1813 en 1814 voltooid en kostten Frs. 6.821.000.